Kortrijk groeit vandaag minder sterk dan andere centrumsteden in Vlaanderen. Tegelijkertijd is er nog heel veel ontwikkelbare ruimte beschikbaar voor nieuwe woningen en bedrijven. Hoe gebruiken en benutten we die open ruimte? Waar beschermen we ze en waar laten we nog wel nieuwe ontwikkelingen toe? Met andere woorden: hoe kunnen we het vrijwaren van open ruimte aangrijpen als kans om Kortrijk nog leefbaarder te maken en op die manier van de zogenaamde betonstop een positief verhaal te maken?
Om die vraag te beantwoorden zette de Stad Kortrijk samen met Architecture Workroom Brussels een intensief studie- en participatietraject op poten. We organiseerden drie Stadsdebatten waarop een duizendtal inwoners actief deelnamen en hun stem lieten horen. Een stad kan immers niet enkel door experts worden gemaakt, er moet ook lokale kennis aangeboord worden die specifieke en alledaagse noden aan het licht kunnen brengen.
Die noden werden gevat in drie toekomstige stadsbeelden die verderbouwen op in Kortrijk reeds aanwezige kwaliteiten: de ondernemende stad, de verbonden stad en de groen-blauwe stad. De stadsdelen waar die drie kwaliteiten gebundeld samenkomen, hebben we stadsmagneten genoemd. Het zijn de aantrekkingspolen van de stad waarrond we slim kunnen verdichten en waar de nieuwe toekomst van Kortrijk zich prioritair kan afspelen.
Om die stadsmagneten te kunnen realiseren hebben we mogelijke strategieën benoemd die de drie kwaliteiten op specifieke plaatsen in de stad op een concrete en ruimtelijke manier aan elkaar weten te koppelen. Deze vijf van mogelijk meerdere geïntegreerde strategische projecten strategieën zijn:
1. Fietspoort
2. Productief park
3. Landschapsbouw
4. Campustoren
5. Groene aders
Eén fietspoort maakt nog geen fietsstad. Eén groene ader maakt nog geen groene stad. En één campustoren doet nog geen nieuwe wind waaien door onze economie. De voorgestelde strategische projecten hebben pas echt impact als we ze niet één keer, maar meerdere keren herhalen op verschillende plaatsen tegelijk, te beginnen in de stadsmagneten. De strategische projecten vragen niet om grote gestes of zware investeringen. We kunnen ze vandaag al, stap voor stap, beginnen realiseren.
De vijf strategieën passen we niet om het even waar op dezelfde manier toe. De juiste combinaties en juiste uitwerking zijn sterk afhankelijk van de lokale context. Iedere plek vraagt om een eigen aanpak. Als we kunnen bepalen welke strategieën op welke plek kunnen plaatsvinden, krijgen we een kwalitatief selectiekader om het overaanbod van ontwikkelingspotentieel beter te sturen.