In de Zennevallei wisselen historische industriële panden en groeiende innovatieve bedrijven elkaar af in een vruchtbaar en groen woonlandschap langs de Zenne en het kanaal. De strategische locatie, het lokaal ondernemerschap en de multimodale verbindingen van deze stedelijke rand bieden al decennia lang kansen voor bedrijven én bewoners. Maar snelwegen, waterkanalen en treinsporen snijden het woon- en werkruimte en het landschap van elkaar af.

 

 

De versnippering van het landschap is niet de enige moeilijkheid: een sterk stijgend aantal vrachtwagens legt druk op het wegennet en bovendien moeten veel bedrijventerreinen dringend opgefrist of vernieuwd worden. Maar industriële activiteiten worden steeds meer gezien als overlast nu mensen meestal niet meer wonen waar ze werken. Bovendien stijgt de vraag naar woningen en staan de bedrijven onder druk van de mondialisering en automatisering. Maar er is onvoldoende ruimte om alles tegelijk naast elkaar te ontwikkelen.

Daarom is er nood aan een nieuw verbindend verhaal, met als hoofddoelstelling minder vervuiling door minder autoverkeer. Bedrijven, werknemers én bewoners moeten anders omgaan met mobiliteit. Het cargovervoer van bedrijven kan langs het water en het spoor gaan. Daarvoor is de infrastructuur reeds aanwezig, maar die wordt momenteel nog niet optimaal ingezet. Bovendien kunnen bedrijven – via nieuwe coalities en eventueel zelfs digitale systemen – de schepen en treinen delen om de capaciteit te verhogen. Ook bewoners en werknemers moeten zich in de streek duurzamer kunnen verplaatsen via collectief vervoer. Daarvoor zijn meer collectieve vervoersknooppunten en fietssnelwegen noodzakelijk. Woningen, fabrieken en recreatieve ruimte worden zo weer verbonden met slim en compact ruimtegebruik. De Zennevallei kan het toonbeeld worden voor een circulaire en innovatieve economie, op een steenworp van de hoofdstad van Europa.

Het Strategisch Project Zennevallei bouwt verder op de lessen uit het IABR Atelier Brussel – De Productieve Metropool, die gepresenteerd werden in de tentoonstelling A Good City Has Industry. Met het Strategisch Project brengt de Provincie Vlaams Brabant de verschillende partijen rond de tafel om samen met de bedrijven, de bewoners en ontwerpers te werken aan de Zennevallei. Doel is een vernieuwing en opwaardering van de economische structuur en het woonweefsel met behoud en versterking van de waardevolle openruimtestructuren.

Via ontwerpend onderzoek worden ruimtelijke strategieën verkend om bedrijfszones op te waarderen, om het kanaal en het spoor meer in te zetten en zo de wegen te ontlasten en om de natuurlijke water- en landschappen te versterken. De integrale aanpak werkt op twee sporen, de zogenaamde harde en de zachte ruggengraat, waarbij ingezet wordt op een betere mobiliteit en omgeving voor bedrijvigheid, en ook op meer kwalitatief en duurzaam wonen en het teruggeven van ruimte aan de natuur.

Het Strategisch Project heeft drie trajecten opgezet waarbinnen telkens samen met de overheden, omwonenden, bedrijven en middenveldorganisaties naar integrale oplossingen wordt gezocht voor de actuele opgaven in het gebied en op specifieke terreinen: Bedrijvenzone 3 fonteinen, Vallei der Zennebeemden en Stationsomgeving en bedrijvenzone Lot.

Daarbij werd telkens gefocust op drie vragen:
- Wat is de relatie van de Zennevallei met de stad Brussel?
- Welk effect heeft technologische verandering op de ruimtelijke organisatie?
- En hoe veerkrachtig is de Zennevallei?

 

 

Type: onderzoek, atelier

Jaar: 2017

Opdrachtgever: Provincie Vlaams-Brabant

Partners: Regionaal landschap Pajottenland Zenne, Stad Halle, Gemeente Beersel, Gemeente Sint-Pieters-Leeuw, Gemeente Drogenbos, Departement Omgeving, OVAM, IABR en FeliXart Museum

Ateliermeester en curator: Mark Brearley, Cities research group at London Metropolitan University en Kaymet, Londen

Met bijdrages van: Plusoffice Architects/ WRKSHP collectif; CENTRAL/ Eva le roi/ Maxime Delvaux; URA architecten; Spacelab.be; Fabric/ ULB (LoUIsE and BATir)/ Circle Economy; Bas Bogaerts

Scenografie: 51n4e

Vormgeving: Ward Heirwegh